Dyslexie vormt een belemmering voor het leren van alle vakken waarbij gelezen moet worden. Bij bètavakken als rekenen en wiskunde speelt dat op verschillende manieren een rol:
- De opgaven worden vaak in de vorm van tekst aangeboden. Hierdoor gaat veel energie zitten in het lezen en blijft er (te) weinig aandacht beschikbaar voor de inhoud.
- Het onthouden van rekensymbolen en van feiten zonder context (het onthouden van woordbeelden) is vaak lastig voor deze leerlingen.
- Dyscalculie (hardnekkige problemen met het automatiseren van de basisfuncties van het rekenen) komt vaker voor bij leerlingen mét dyslexie dan zonder dyslexie.
De docent kan compenserende maatregelen treffen door:
- meer tijd te geven voor het lezen van de opgaven
- ‘wiskunde’ taal in gewone woorden uit te leggen
- de opgaven mee te laten lezen op Daisy cd-rom
- ‘kale’ sommen aan te bieden
- gebruik van kaarten met symbolen toe te staan
- mondeling te overhoren
- extra voor te bereiden op het examen