Ontdekkend leren – Gemiste kansen
Ontdekkend leren: op spelende wijze nieuwe dingen leren en op deze manier stap-voor-stap de wereld ontdekken en de kinderen daar vooral in stimuleren.
Een belangrijk punt waar vele leden van de WSK het over eens zijn, zo bleek in de verschillende gesprekken tussen kleuterleerkrachten de afgelopen weken. Toch weten we ook dat dit scenario niet altijd de realiteit is. Zo zijn er nog al wat obstakels op de weg. Te weinig tijd en/of te verdelen aandacht, te grote kleutergroepen, het obsessief moéten aanhouden van de leerlijnen en methodes etc. Kortom, de uitvoering laat te wensen over, met het gevolg dat de meeste leerkrachten wel een anekdote hebben van een moment waarop het spelende/ontdekkende leren moest worden onderbroken of zelfs afgebroken. Een gemiste kans noemen we dat dan maar. In de anekdotes hieronder delen een aantal leerkrachten hun ‘gemiste kansen’. Leer-/ontdekkansen die ze maar al te graag hadden zien slagen.
Sjoelen
‘Een juf van groep 7 op mijn school moest laatst invallen in één van de kleutergroepen bij ons op school. In de kleuterklas stond een sjoelbak op een lage tafel en de kleuters waren heerlijk aan het spelen met de sjoelstenen. Op een gegeven moment laat één van de kinderen een steen vallen die vervolgens wegrolt over de vloer. De kleuter gaat op z’n knieën op de linoleum vloer zitten en merkt dat je op die gladde vloer heel erg goed met sjoelstenen kan schuiven. Als je zo’n steen een beetje (erg) hard duwt, vliegt ie naar de andere kant van het klaslokaal. Je kunt begrijpen dat het kind daar de grootste lol in had. Ik zag dit en ik dacht bij mezelf ‘ik ga me er niet mee bemoeien, lekker laten doen’. Het duurde even voordat de invalleerkracht het zag, maar daarna ging ze de kleuter uitleggen hoe een sjoelbak werkt, inclusief uitgebreide uitleg van de puntentelling. Als ik dat dan zie, denk ik echt ‘dit is zo niet nodig en zo jammer’. Laat dat kind gewoon lekker vrij met die sjoelstenen spelen!’
Oefenen, oefenen…
‘Na een directievergadering werd ik op het matje geroepen. De leerkrachten van groep 3 hadden bij de directie aangegeven dat de kinderen te weinig letters en cijfers kenden bij instroom naar groep 3. Volgens hen werkte mijn methode van spelend en bewegend, de kinderen kennis laten maken met cijfers en letters, onvoldoende. ‘Je moet gaan oefenen, oefenen, oefenen!!’, waren de woorden van de directie.
Vervolgens zat ik met huilende en gestreste kinderen in de kring, omdat ze er simpelweg niet aan toe waren. Als je een kleuter iets wil leren, moet dat door ze te laten bewegen, laten ontdekken en te laten onderzoeken. Het heeft geen zin om alles erin te stampen als ze er nog niet aan toe zijn. Dan creëer je alleen maar tegenstand en angst. Een enorme gemist kans van de directie als je het mij vraagt. Bij elke letter die ik aanbood zag ik het zelfvertrouwen van kinderen kleiner worden.’
Allemaal hetzelfde knutselwerkje?
‘Ik heb een poosje op een school gewerkt waar alle knutselwerkjes verdacht veel op elkaar leken. Gezien de ontwikkeling en creativiteit van de kinderen zou je toch verschillen verwachten. Wat bleek, de leerkracht had voor elk een kind een malletje gemaakt. Liet de kinderen één-voor-één naar zich toekomen om de gaatjes voor de pootjes precies op de juiste plaats te prikken, had de vleugels en pootjes alvast geknipt en maakte ze vast. Het enige wat de kinderen hadden gedaan was het verven van het beestje zelf. Resultaat was dat ik een tijdje later tijdens het knutselen een kind zag knippen wat totaal niet lukte. Bleek dat het kind aan het knippen was met een linkshandige schaar terwijl het kind rechtshandig was. Het kwam totaal niet bij het kind op om een andere materiaal te gebruiken, want de juf deed dit immers altijd voor ze. De werkwijze van mijn toenmalige collega zorgde voor een negatieve ontwikkeling van de creativiteit. Door de kinderen vrijer te laten in hun doen en laten, en in dit geval zelf de materialen te laten kiezen, ontdekken ze dat ze andere keuze moeten maken.’
De kennis is er, maar het kan of wordt niet voldoende ingezet.
‘Heel veel kennis met betrekking tot ontdekkend leren is er gewoon, maar dat wordt niet (voldoende) ingezet. We proberen voortdurend het wiel opnieuw uit te vinden terwijl er al zo veel kennis klaar ligt waar je gewoon mee aan de slag kan gaan. In mijn optiek zijn mensen in (met name) het basisonderwijs niet alleen mensen die kennis overdragen maar hebben voornamelijk een pedagogische rol. Deze pedagogische kennis wordt wel overdragen op nieuwe leerkrachten, alleen sluit die in de praktijk vaak niet aan. Vooral de dingen waarvan men vond dat het per se op die manier moest, werkte voor mij in de praktijk niet. Wat ik bijvoorbeeld heel jammer vond, was dat leerkrachten onvoldoende gereedschappen mee kregen om ook te vertrouwen op hun eigen kennis en waarneming. Daardoor zorg je ervoor dat mensen vaak een soort lesboer worden in plaats van dat je zelf weet hoe het leerproces van het kind zich ontwikkeld. Dan ben je in staat om het kind datgene te geven waar het kind op dat moment aan toe is. Dat is je rol als leerkracht, goed kijken naar wat het kind nodig heeft en weten wanneer jij de gereedschappen moet aanbieden waardoor een kind verder komt.’
Wil jij ook een anekdote met ons delen over je ervaringen in het kleuteronderwijs? Laat het ons weten in een reactie of doe mee met een van de WSK-Inspiratie-meetingen. In deze online bijeenkomsten organiseren we een gesprek met (kleuter)leerkrachten vanuit het hele land.
Je kunt je eigen onderwerpen van te voren aandragen of gewoon gezellig mee kletsen met de onderwerpen die ter sprake komen. Meld je hier aan: