Vanaf 1982 ben ik als kleuterjuf werkzaam in groep 1 en 2. Net als alle andere kleuterleerkrachten maak ik me ernstig zorgen om de huidige toestanden rondom kleuters en hun ontwikkeling. Dat men ervan overtuigd is dat het anders zou moeten staat buiten kijf.
Maar….en nu komt mijn vraag: hoe vind je de juiste balans in je onderwijs? Helemaal terug naar ‘het oude’ zal niet meer kunnen, maar hoe kun je ervoor zorgen dat er toch een kentering komt en kleuters weer wat meer kleuters mogen zijn? Hoe vind je een goede balans?
Ik bedoel: wij kleuterjuffen kunnen het met elkaar eens zijn en vinden dat je kleuters nou eenmaal niet 16 letters kunt aanleren als ze daar in hun ontwikkeling nog niet aan toe zijn. Maar als de kinderen na een aantal weken in groep 3 ‘afgerekend’ worden op het feit dat ze volgens de leesmethode nog niet genoeg letterkennis hebben en dus van een ‘goede of gemiddelde’ kleuter ineens een zorgenkind worden, hoe ga je daar dan mee om?
Ik realiseer me dat het zwart-wit is wat ik hier schets, maar in de praktijk blijkt gewoon dat het zo wel ongeveer werkt. Ook groep 3 loopt hier tegenaan hoor, dus het gaat niet alleen om ons ‘kleuterjuffen’.
De balans tussen ‘leren’ op cognitief vlak en ‘leren’ op sociaal-emotioneel vlak is er niet meer. Als er in onze methode staat dat er op dinsdag geoefend moet worden met de letter S en op dat moment gebeurt er iets waarvan je vindt dat dat aandacht verdient, dan kom je al bijna in de knoei en voor je het weet ‘loop je achter’.
Ook dit is weer zwart-wit geschetst, maar alleen op deze manier kan ik duidelijk maken waar ik me ernstig zorgen om maak.
We moeten van alles in de kleuters stampen, zoals het cijfersymbool 11 dat een 4-jarige kleuter volgens Cito al zou moeten kennen, maar 90% van de kleuters weet niet eens hoe je een schaar of een potlood vasthoudt. Bovendien merk je dat ze vaak slecht ‘praten’ en weten ze niet hoe je met elkaar en je omgeving om moet gaan. De basisvoorwaarden zoals respect, waarden en normen lijken veel minder belangrijk dan cognitief presteren.
Ik denk niet dat ik je veel ‘nieuws’ heb verteld, maar ik wilde graag mijn zorgen delen en misschien van anderen leren hoe je hiermee om kunt
Ik ben en blijf een bevlogen kleuterjuf, maar zou zo graag willen weten hoe je als school ervoor kunt zorgen dat er weer wat meer balans komt. De taak om uit te zoeken hoe anderen hiermee omgaan en wat er daadwerkelijk zou moeten gebeuren om het roer om te gooien ligt deels bij mij. We zijn ‘te braaf en te volgzaam’ vrees ik. Ik lees overal bijna hetzelfde, maar ik vraag me af of er een moment komt dat ook de regering ervan overtuigd raakt dat het zo niet langer kan. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat leerkrachten trots blijven op hun beroep en niet ten onder gaan aan alle veranderingen? Hier laat ik het voor nu bij…in ieder geval bedankt voor lezing en als je goede tips hebt dan hou ik me aanbevolen.
Sinds 2013 zijn wij gestart met de Post-Hbo opleiding specialist het jonge kind.
Puur vanuit het feit dat wij als oud kleuterleidsters met Klos achtergrond en jarenlange ervaring en bekend met de vernieuwingen nu als onderwijsadviseurs de schraalheid zagen toenemen in de scholen in de groepen 1-2.. het is mooi dat deze Opleidingen nu welliswaar in het land bestaan, maar het is zo jammer dat het na de Pabo gebeurt. Het betekent dat er zoveel pas afgestudeerde leraren in groepen 1-2 terechtkomen met te weinig know-how op het gebeid van het jonge kind.
Bovendien is deze opleiding SJK voor een groep mensen die zelf op zoek zijn naar de expertise. Terwijl Alle kleuters gebaat zijn bij deze expertise!
Het zou zo moeten zijn dat je alleen in de groepen 1-2 aan de slag kan als je deze specialisatie hebt gedaan: het is namelijk echt een vak apart!
De inmiddels 200 deelnemers van onze Opl. geven allen aan dat zij zo gebaat zijn bij deze specifieke kennis, achtergronden en vaardigheden die daar bij gepaard gaan. Hopelijk gaan steeds meer besturen inzien dat kwaliteit van onderwijs met name begint bij de basis: met specialiseerde, goed gekwalificeerde leraren op het gebied van het jonge kind.
Kleuters zijn gebaat met veel oefening voor de executieve functies, want dit is nodig voor succes in hun verdere schoolloopbaan.
Beste Oedeken en de eerste schrijfster
Tja ik probeer sinds het lezen van Oedekens oplossing mijn gedachten te ordenen,want eerlijk gezegd schrok ik nogal van je voorstel.Ik heb deze functies nog een keer opgezocht,maar ik ben bang dat je hiermee niet voor de nodige rust zorgt en evenmin dat het de gevraagde balans gaat brengen.
Wanneer we weer balans willen brengen in het kleuteronderwijs dan moeten we eerst met ons allen een afspraak maken.Die afspraak zou ongeveer zo moeten luiden : De scholen waar de kleuter- leerkrachten verplicht worden met methodes te werken schaffen deze af en geven de kleuterleerkrachten hun vak terug. Scholen waar de kleuterafdeling bestaat uit mensen die te weinig specifieke kennis hebben krijgen ondersteuning .Bijvoorbeeld oud -kleuterleerkrachten zullen dit graag als vrijwilligerswerk opnemen. Deze leerkrachten krijgen als eerste opdracht: laat je kleuters kiezen waar ze mee willen spelen en observeer ze! Begeleid ze waar nodig .Neem van tijd tot tijd afstand en observeer ! Zij zullen op een gegeven moment zelf zien op welk moment ze mee kunnen spelen met de kinderen of wanneer ze een kind d.m.v. een gesprekje verder kunnen helpen
Ze zullen gaan zien waar de interesses liggen ,wat de kinderen motiveert en hoe het met hun zelfvertrouwen staat.En ze zullen zien hoe ze zich sociaal-emotioneel ontwikkelen en of ze hier wel of niet hulp bij nodig hebben. Verder kunnen ze in de kring tijdens de gesprekjes ,opzegversjes ,het voorlezen , het voorlezen van prentenboeken informatie te over opdoen over de taalontwikkeling . Zelfs bij het zingen van liedjes. Zo ook tijdens het buitenspelen kortom gelegenheid te over.
En voor de balans: een kleuterobservatiesysteem waar ze spontaan dan al heel stapjes in kan vullen omdat men regelmatig observeert.
Wanneer je als leerkracht zo kunt werken ben je zoveel relaxter en vindt je het ook leuker, omdat jij degene bent die zelf de lessen samenstelt !
En helaas een leerkracht die stress heeft omdat ze een achterstand heeft met de methode . En bv een op handen zijnd functionerings-gesprek waar ze bv kritiek verwacht over die achterstand, Tja die persoon is uiteraard niet ontspannen. Kortom een ontspannen leerkracht( die observeert en begeleidt) en voor ontwikkelingsbevorderende activiteiten zorgt en die ook inbreng van de kleuters toelaat heeft meestal ook veel beter contact met de kleuters !
Laten we daarom voorlopig aan de functieontwikkeling(en) (term van vroeger) werken dan hebben we de executieve functies nog niet nodig .
Groeten Phine oud-leerkracht
Mooi verwoord Phine,
Het Bosos systeem slaat niet direct op tilt als een kleuter iets nog niet kan, het doet in eerste instantie niets, in twee de instantie staat en “gericht volgen” vele observatie momenten per jaar per kind. Het observeren schiet er vaak bij in omdat je zogenaamd zoveel “moet”. Vaak dien we het zelf hè, dat “moeten”! Observeren is het belangrijkste instrument.
Op dit moment zit ik in de Troelstrazaal, in afwachting van het debat. Ik ben benieuwd!