Steun jij de doelstellingen van de Werk- en Steungroep Kleuteronderwijs? Bekijk hier onze doelstellingen en word lid!

Archief

Laat kleuters spelen!

Kleuters ervaren de wereld met al hun zintuigen en zo leren ze, door te kliederen met water en zand, door fantasiespel, door zingen, dansen en voorlezen. Op de kleuterschool was daar alle ruimte voor, maar sinds de invoering van de basisschool in 1985 ligt de nadruk in de kleuterklas steeds meer op het cognitieve leren. Kleuters maken zelfs toetsen. Het ministerie wil dat het onderwijs opbrengstgericht is en om de opbrengst te meten, wordt er getoetst, want: goede toetsresultaten betekenen een hoge opbrengst. Hoe vaker je toetst, hoe beter je de ontwikkeling van een kind kunt volgen, te beginnen bij kleuters. Maar is dat zinvol en wat zijn de gevolgen? Kleuters ontdekken de wereld op een fysieke manier, die wereld is driedimensionaal en niet te vatten in een plat werkblad, laat staan een toets.

In 1996 liet staatssecretaris Netelenbos onderzoeken of het zin had om kleuters en peuters te toetsen. In het rapport ‘Zo onvoorspelbaar als het leven zelf’ gaf een commissie onder leiding van ontwikkelingspsycholoog Dolph Kohnstamm haar bevindingen weer. “De titel van het rapport was bedoeld voor de ambtenaren op het Ministerie, die denken dat je alles maar kunt voorspellen en meten in het leven,” memoreert Dolph Kohnstamm. De conclusie van het rapport was dat toetsen pas zin heeft vanaf 7 jaar. Toch bracht Cito een kleutertoets op de markt en de inspectie eist dat scholen in de kleuterperiode tenminste één toets afnemen om te bepalen waar het kind staat in zijn ontwikkeling. De inspectie kan de scholen daartoe niet verplichten, maar een school die geen kleutertoets afneemt, krijgt voor het kleuteronderwijs code oranje en daar zijn scholen niet gelukkig mee, want ouders zouden dan de conclusie kunnen trekken dat er iets mis is met het kleuteronderwijs. De inspectie gebruikt bij haar beoordeling van scholen drie kleuren: groen, oranje en rood. Groen is voor scholen die het goed doen, rood voor zwakke of zeer zwakke scholen en oranje voor scholen waar sprake is van een risico (bijvoorbeeld dalende toetsresultaten) of als de opbrengsten onbekend zijn.

Stress
Erica Ritzema stopte na 29 jaar met haar werk als kleuterjuf omdat ze zich niet langer kon conformeren aan het huidige onderwijssysteem waarin, zo zegt ze, de kleuter zijn bestaansrecht heeft verloren. Ze vertelt wat het toetsen met kinderen doet. “Sommige kinderen moesten huilen”, vertelt Ritzema. Eén jongetje plaste van de zenuwen in zijn broek en omdat ze de groep niet alleen mocht laten, moest hij de hele toets in zijn natte broek blijven zitten. Wilma Roerdink geeft al 29 jaar les aan kleuters. Zij vertelt dat in haar klas verschillende kleuters naar de plop-poli (de plas en poep-poli) gaan, omdat ze weer in hun broek plassen en poepen. De nadruk op toetsen, het leren van letters en cijfers, het ondermijnt het zelfvertrouwen van kinderen. Jeanine Senden geeft al 30 jaar les aan kleuters. Ze vindt dat het onderwijs is veranderd door de toetsen. Bij haar op school krijgen kleuters die een D scoren op de Citotoets remedial teaching, ze worden getraind in cijferkennis en getalbegrip. “Die kinderen horen te spelen in het winkeltje en de poppenhoek, daar zijn ze ruimtelijk bezig.” Wat het gevolg is voor kinderen? “Je krijgt gestreste kinderen”, zegt ze; “dat is niet des kleuters”. De toetsen moeten wat haar betreft zo snel mogelijk worden afgeschaft.

Gedragsproblemen
Orthopedagoog professor dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer waarschuwde in 2010 in een opinie artikel op de website van de RUG dat kinderen te vroeg worden klaargestoomd voor de kennis-economie. Spelen van kinderen is niet doelloos, het is een voorwaarde voor een gezonde ontwikkeling. “De basis is niet dat een kind al op heel jonge leeftijd leert lezen, maar dat het emotionele stabiliteit ontwikkelt en de eigen persoonlijkheid maximaal kan ontplooien”, zegt Goorhuis-Brouwer. “Als dat laatste gebeurt, leren kinderen vervolgens alles wat ze aangeboden krijgen.” “Pak je jonge kinderen op dezelfde manier aan als een kind van zes jaar of ouder, dan is dat ziekmakend,” stelt Goorhuis-Brouwer. “Letterlijk. Kinderen lopen dan een groot risico om allerlei gedragsproblemen te ontwikkelen, bijvoorbeeld faalangst.”

Kleuterleerkrachten onderschrijven dat. Door de nadruk op leermethodes en toetsen worden kinderen onzeker en faalangstig, ze worden druk, ontwikkelen ADHD, concentratieproblemen en zelfs dyslexie. Voor een kleuter is het spiegelen van letter- en cijfertekens normaal en van voorbijgaande aard, zegt ontwikkelingspsycholoog Ewald Vervaet. Zo schrijven ze hun naam van achter naar voren en spiegelen of verwisselen letters. Als kleuters te vroeg leren lezen, dan kan dat blijvend zijn en is dyslexie ontstaan. Er zijn kinderen in een kleutergroep die klaar zijn om te leren lezen en zeker niet alle kleuters gaan gebukt onder de toetsen. Maar juist de kinderen voor wie de toetsen zijn bedoeld, de kinderen met een taalachterstand, voor hen veroorzaken de lesmethodes en de daarmee samenhangende toetsen de meeste stress.

Vrolijke chaos
Jeanine Senden vindt de toetsen geen geschikt instrument om de ontwikkeling van kleuters in kaart te brengen. Ze noemt als voorbeeld een kleuter die nog van rechts naar links leest, voor kleuters heel normaal. Die moet de toetsvraag beantwoorden: Waar zie je de mannetjes van groot naar klein? Zo’n kleuter zal de vraag fout beantwoorden, ook al begrijpt het de vraag wel goed. Bovendien verloopt de ontwikkeling van een kleuter niet in een mooie lijn, die ontwikkeling is grillig. Ontwikkelingspsycholoog prof dr. Paul van Geert omschrijft dit proces als een vrolijke chaos. “Wat het kind vandaag laat zien, kan het morgen weer niet en omgekeerd.”

Toetsen van kleuters geeft onnodige stress, de toetsen zeggen weinig over hun ontwikkeling en ze kosten veel tijd en geld. Tijd en geld dat beter aan goed onderwijs besteed kan worden.

Zwakke scholen
Toetsresultaten worden gebruikt in het kader van het opbrengstgericht werken. De inspectie gebruikt de resultaten van de eindtoets uit groep 8 en een aantal tussentijdse toetsen om scholen te beoordelen. Hoewel de inspectie de resultaten van de kleutertoets niet opvraagt, rekenen sommige scholen de kleuterleerkracht wel af op de toetsresultaten. Een kleuterjuf die lesgeeft aan kleuters met een taalachterstand vertelt hoe ze op het matje werd geroepen door de directie, vanwege de tegenvallende toetsresultaten van haar klas. Scholen hanteren eigen normen die niet door de inspectie worden opgelegd. “Om discussie uit de weg te gaan, zeggen bestuurders of schoolleiders dat het van de inspectie moet, terwijl het hun eigen keuze is”, zegt Jan-Willem Swane, persvoorlichter van de Onderwijsinspectie. “Wij leggen zeker geen normen op als het gaat om de resultaten van de kleutertoets.” Ewald Vervaet legt uit hoe het werkt `Het kleuteronderwijs is het afvoerputje`, zegt hij. Als de hogere groepen niet goed scoren op toetsen dan gaan scholen druk uitoefenen op de kleuterklassen om beter te presteren, zo hoopt een school de scores in groep 4 en 5 te verbeteren.

“Ik stop ermee”
Goede kleuterleerkrachten stoppen met hun werk uit frustratie met de methodes en daarmee samenhangende toetsen. Erica Ritzema is niet de enige kleuterleerkracht die op deze manier haar werk niet meer wil doen. Op dinsdag 9 april 2013 nam de commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van de Tweede Kamer het zwartboek “Kleuters in de knel” in ontvangst van de Werk en Steungroep Kleuteronderwijs (WSK). De WSK bestaat uit zo’n 650 (oud)-kleuterleerkrachten die niet langer willen aanzien hoe kleuters als schoolkinderen worden behandeld.

Beter onderwijs door toetsen?
Toetsuitslagen kunnen gemanipuleerd worden. Zo vertelt Wilma Roerdink dat de nieuwe Cito-rekentoets op haar school erg slecht gemaakt was door de kleuters. De resultaten op een aangrenzende school waren wel goed. Wat bleek? Op die school waren de kinderen voorbereid op de toets.
Als toetsresultaten worden gebruikt voor het beoordelen van leerkrachten en scholen, dan leidt dit tot het manipuleren van de scores. ‘Teaching to the test’ is de meest voorkomende manier om toetsen te manipuleren, constateert Emeritus lector Schoolontwikkeling en schoolmanagement Eric Verbiest in zijn artikel “Worden varkens zwaarder door ze te wegen?” Verbiest stelt de vraag of het onderwijs beter wordt van toetsen en meten en komt tot de conclusie dat scholen niet beter worden door de nadruk te leggen op toetsbare vakken als taal en rekenen. “Ook de voorbereiding op het leven als zelfstandig denkend burger in een samenleving is essentieel”. Hij noemt het een naïeve aanname dat goed onderwijs hetzelfde is als hoge resultaten op gestandaardiseerde toetsen voor basisvakken.

Ook kleuterleerkrachten hebben kritiek op de verschraling van het onderwijs. Ritzema wil geen economisch inzetbare pionnetjes afleveren, maar potige mensen die een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij. “Kleuters zijn de meest beschaafde mensen die er zijn”, vertelt ze. “Een kleuter staat zo open voor de wereld, vanuit die verwondering kan je ze respect voor de wereld bijbrengen. Dat sociaal emotionele moment moet je pakken als het er is, later neemt dat af.” En: “Vanuit die verwondering kom je vanzelf uit op een rekenles, maar dat staat niet in een methode”.
Oplossingsgericht denken, vindt Goorhuis, is essentieel voor het latere schoolsucces. En dat leren kinderen in spel, niet in een reken- of taalles. De nadruk op resultaten en toetsen heeft dus niet alleen een negatief effect op kinderen en leerkrachten, maar ook op de maatschappij.

Bang voor de inspectie
“Het kleuteronderwijs is te cognitief ingesteld. De toetsen zijn daarin heel bepalend”, zegt Annelies Schuit, die al 25 jaar kleuterleerkracht is en lesgeeft op een kleine dorpsschool in de Achterhoek. “Scholen worden bezocht door de inspectie. Als de toetsresultaten niet goed zijn, dan komt een school in het oranje en daar is iedereen bang voor.” Schuit vertelt haar school in het verleden in oranje dreigde te komen. Daarom werden de opbrengsten in de gaten gehouden en moest de hele school per klas de resultaten presenteren. “Ik greep mijn kans en heb een power-point presentatie gemaakt over hoe kleuters leren.” Na haar presentatie was de directeur het roerend met haar eens: de Citotoets voor kleuters moet worden afgeschaft. “Maar hij zit ook in een spagaat”, zegt Annelies Schuit.

Professor Goorhuis-Brouwer roept in het interview met het Aob-blad op tot meer lef. “Leerkrachten zijn zo bang voor de inspectie, zo bang voor het management van de school dat ze alle discussie uit de weg gaan. Er moet moed komen om te zeggen: Jongens waar zijn we nou mee bezig?” Het voorbeeld van Annelies Schuit laat zien dat assertieve leraren inderdaad een verschil kunnen maken.

Luister naar de kleuterleidsters
Het afschaffen van de kleutertoetsen is niet moeilijk, het kost niks en geeft alleen maar winst. Geen toetsen betekent minder stress voor kleuters en kleuterleerkrachten en meer tijd voor onderwijs. Het enige wat nodig is om het uit te voeren, is een omslag in het denken van de inspectie en van menig schoolbestuur en -directeur. Minder nadruk op toetsbare opbrengsten, meer op de kwaliteit van het lesgeven en onderwijs.
Dr. Ineke Oenema-Mostert, Lector Early Childhood bij Hogeschool Stenden, typeert het onderwijs aan kleuters als ‘opbrengstgericht onderwijs vanuit de zandbak’. Door observatie hoort een leerkracht de diversiteit in ontwikkeling te zien en aan elk kind passend onderwijs te geven. Dáárop hoort de inspectie het kleuteronderwijs te beoordelen, niet op basis van toetsresultaten.
Voor de scholen die denken dat ze met kleutertoetsen de resultaten in hogere klassen kunnen verbeteren, zou de inspectie de zaken voortaan moeten omdraaien: neemt een school de kleutertoets af? Minpuntje in het inspectierapport, want toetsen horen niet bij kleuters. Op die manier is het afschaffen van de kleutertoetsen doeltreffend.

Door de toetsen af te schaffen, creëer je niet automatisch beter kleuteronderwijs. Er ontstaat wel ruimte voor onderwijs dat recht doet aan de manier waarop kleuters leren. Die ruimte is hard nodig. Voor de kleuters, want die hebben ruimte nodig om op hun manier te leren. Voor de kleuterleerkrachten, zodat ze het kind weer als uitgangspunt kunnen nemen i.p.v. de methode en voor de maatschappij, omdat die gebaat is bij stevige mensen, die vertrouwen hebben in zichzelf.

Jeanine Senden roept de woorden in herinnering die Goorhuis-Brouwer schreef in het boekje Spelenderwijs: “Schooldirecteuren, luister naar jullie kleuterleidsters!”

BS

Related posts
Archief

WSK Symposium 2024

Archief

Wachtwoord ledensite WSK vergeten?

Archief

Aanmelden als steunlid WSK-kleuteronderwijs

Archief

Herstellen van een goede opleiding voor het onderwijs aan kleuters (3)

Klik HIER en word (steun-)lid van de WSK en
blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief.

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *